Term
Wie pleit voor het bestaan van een "Universele grammatica"? |
|
Definition
|
|
Term
Wat is universele grammatica? |
|
Definition
Een aangeboren vaardigheid om taal te leren.
(De ervaring met een specifieke taal versterkt de verbindingen die nodig zijn om die taal te kunnen spreken en verzwakt de andere regels voor andere talen) |
|
|
Term
|
Definition
Een simplistische taalvorm als mengeling van twee talen, die ontstaat als mensen van een andere komaf in een nieuwe taalomgeving terecht komen. |
|
|
Term
Welk gen heeft te maken met taalbegrip? |
|
Definition
|
|
Term
Welke theorie gaat er vanuit dat taal verantwoordelijk is voor ons denken? |
|
Definition
Whorfian hypothesis: linguistic relativity
(Eskimo's hebben meerdere woorden voor sneeuw) |
|
|
Term
|
Definition
|
|
Term
|
Definition
|
|
Term
|
Definition
|
|
Term
|
Definition
Onderlinge verhouding van woorden |
|
|
Term
Wat betreft de invloed van fonologische processen op onze woordherkenning, wat is het zwakke fonologische model? |
|
Definition
Fonologische verwerking van visuele worden is relatief langzaam en niet essentieel voor woordherkenning |
|
|
Term
Wat betreft de invloed van fonologische processen op onze woordherkenning, wat is het sterke fonologische model? |
|
Definition
De fonologische processen vinden snel en altijd plaats, zelfs wanneer het een negatief effect heeft op de taalprestatie. |
|
|
Term
|
Definition
Twee woorden met verschillende betekenis maar dezelfde uitspraak (rows & rose)
(Onderzoek: rows, rose, is it a flower? Antwoord op deze taak is langzamer dan een random ander woord, door interferentie vanwege de fonologische gelijkenis) |
|
|
Term
Wat is de fonologische buurt? |
|
Definition
Een groep woorden die maar één foneem van elkaar verschillen. Woorden met een grote fonologische buurt worden sneller verwerkt. |
|
|
Term
Wat is gemaskerde fonologische priming? |
|
Definition
Men wordt geprimed met een pseudowoord die een identieke klank heeft als het doelwoord. |
|
|
Term
Welk fonologisch model is waarschijnlijk het beste? |
|
Definition
De werkelijke bijdrage van fonologie ligt in het midden maar nijgt naar het sterke model. |
|
|
Term
Wat is bewijs voor het sterke fonologische model? |
|
Definition
Als mensen geprimed werden met een pseudo-woord herkennen zij het doelwoord sneller dan een prime met een non-woord. |
|
|
Term
Wat is bewijs voor het zwakke fonologische model? |
|
Definition
Men kan toegang hebben naar woordbetekenissen zonder toegang te hebben tot de fonologie.
(Iemand kon wel woordbetekenissen geven maar ze niet uitspreken) |
|
|
Term
Wat voor een proces is woordidentificatie? |
|
Definition
Een automatisch proces, dus eigenlijk ontoegankelijk voor het bewustzijn.
(Bewijs hiervoor is het Stroop-effect) |
|
|
Term
Wat is het superioriteitseffect? |
|
Definition
Men is sneller om een letter te identificeren als het deel is van een woord dan dat het omringd is door random andere letters. Het hele woord helpt dus mee om individuele letters te herkennen. |
|
|
Term
Wat is het interactieve activatiemodel? |
|
Definition
Een neuronaal netwerk dat functioneert op 3 niveau's waartussen wisselwerking is: Feature niveau, letter niveau en woord niveau.
(Als men een rechte lijn ziet worden alle letters geactiveerd die de eigenschap van een rechte lijn bevat en alle andere letters geinhibeerd. Dan worden alle woorden geactiveerd waarbij de letters op de juiste positie staan. Die info wordt teruggestuurd naar het letter- en eigenschapniveau waardoor uiteindelijk het enige passende woord wordt gevormd. |
|
|
Term
Wat zijn orthografische buren? |
|
Definition
Woorden met een gelijkaardige spelling.
(Hoe groter de buurt, hoe trager de herkenning omdat er een inhibitor effect van de omliggende woorden is.) |
|
|
Term
Wat is het semantische priming effect? |
|
Definition
Men kan de betekenis van een woord sneller herken als men semantisch geprimed is (nurse -> doctor) |
|
|
Term
Wat was het resultaat naar verwachtingen van woorden met een semantische primingstaak? |
|
Definition
De verwachting van het woord dat men kreeg speelde een grote rol in de herkenning van dat woord. Hoe langer de tijdsinterval, hoe minder belangrijk de semantische overeenkomst tussen woorden was. |
|
|
Term
Van welke 2 zaken is er sprake bij hardop lezen? |
|
Definition
|
|
Term
Wat is het Dual route cascade model? |
|
Definition
Processen die betrokken zijn bij het lezen van woorden en non-woorden verschillen van elkaar.
Er zijn twee main-routes: de niet-lexicale route (route 1) en de lexicale route. De lexicale route is onderverdeeld in route 2 en 3. De informatiegaat al door naar het volgende niveau nog voordat het verwerkt is op het eerste niveau (=cascade). |
|
|
Term
Wat is de gedistribueerde connectionistische benadering? |
|
Definition
Alle informatie wordt gebruikt om zowel woorden als non-woorden te lezen.
Verschillende processen die betrokken zijn bij het lezen worden flexibel ingezet, alle relevante kennis wordt parallel naar voren gebracht waardoor dezelfde processen worden gebruikt voor zowel woorden als non-woorden. |
|
|
Term
Welke 2 benaderingen verklaren dat we woorden die een onregelmatige uitspraak hebben gemakkelijk correct kunnen uitspreken? |
|
Definition
Het dual route cascade model en de gedistribueerde connectionistische benadering. |
|
|
Term
Noem 3 vormen van dyslexie. |
|
Definition
Oppervlaktedyslexie, fonologische dyslexie en diepe dyslexie. |
|
|
Term
Wat is oppervlaktedyslexie? |
|
Definition
Mensen hebben problemen met het oplezen van onregelmatige woorden |
|
|
Term
Wat is fonologische dyslexie? |
|
Definition
Mensen hebben problemen met de uitspraak van onbekende woorden en non-woorden |
|
|
Term
|
Definition
Mensen hebben problemen met onbekende woorden en semantische problemen. Er is een grotere beschadiging aan het lexicon. Het is onmogelijk non-woorden of onbekende woorden te lezen. Er is vaak hersenschade in de links hemisferische hersengebieden. |
|
|
Term
Dual route cascademodel: Wat is de niet-lexicale route? |
|
Definition
Is sterk gebaseerd op duidelijke regels. Route 1: Grafeem(spelling) - foneem(geluid) conversie. De meeste uitspraakfouten komen hier door regularisatie: het uitspreken van onregelmatige woorden a.d.h.v. regels voor regelmatige woorden. |
|
|
Term
Dual route cascademodel: Wat is de lexicale route? |
|
Definition
Maakt geen gebruik van uitspraakregels maar zoekt het woord op in een lexicon (geheugen). Route 2: Lexicon + semantisch systeem: representaties van woorden zijn orthografisch aanwezig in ons lexicon, non-woorden niet en daarom kunnen patiënten deze niet uitspreken. Route 3: Alleen het lexicon |
|
|
Term
Wat is een saccade (rapid jerk)? |
|
Definition
Neemt 20-30 ms in beslag en kan ongeveer 8 letters omvatten, waarna er sprake is van een fixatie waar alle informatie wordt opgenomen. Tijdens de saccade en je blind. |
|
|
Term
Wat is een ballistisch proces? |
|
Definition
Als het eenmaal in gang is gezet kan je het niet meer stoppen. |
|
|
Term
|
Definition
Zelfstandig naamwoorden, werkwoorden en bijvoeglijk naamwoorden |
|
|
Term
|
Definition
Lidwoorden, voegwoorden en voornaamwoorden |
|
|
Term
Wat is het spillover effect? |
|
Definition
De fixatietijd op een woord is langer wanneer het voorafgegaan werd door een zeldzaam woord op de vorige fixatie. Het is dus niet zo dat de fixatietijd langer is op het zeldzame woord zelf. Dit wordt verklaar door het EZ-reader model. |
|
|
Term
Wat is het EZ-readermodel? |
|
Definition
De lezer doet een check van de frequentie van een woord, dan wordt de volgende oogbeweging alweer in gang gezet. Bij hoog frequente woorden heb je meer tijd over om te scannen naar het volgende woord. |
|
|
Term
Wat zijn de 4 belangrijkste onderdelen bij spraakperceptie? |
|
Definition
Decoderen: omzetten van een akoestisch signaal naar betekenisvolle signalen Segmenteren: opbreken van akoestisch signaal in betekenisvolle eenheden Recognise: verwerken van de eenheden Integratie: integreren van de eenheden |
|
|
Term
|
Definition
Een analyse van spraaksignaal i.f.v. tijd |
|
|
Term
Wat zijn formanten bij een spectogram? |
|
Definition
Donkere banden, welke de hoeveelheid activatie op een bepaalde frequentie laten zien. Eén formant bevat meerdere fonemen. |
|
|
Term
Welke 3 problemen komen voor bij het luisteren naar spraak? |
|
Definition
Spreeksnelheid (normaal 10 fonemen/seconde, we kunnen verstaan tot 50/60 fonemen/seconde) Segementatieprobleem (moeilijk om individuele woorden te segmenteren in een continue flow van spraak) Co-articulatie: We kunnen cognitief sneller spreken dan dat we fysiek kunnen uitwerken, waardoor men in het hoofd vaak al verder is dan wat er uitgesproken wordt waardoor woorden kunnen overlappen. |
|
|
Term
Wat is de categorische perceptie? |
|
Definition
Spraakstimuli die een tussenvorm aannemen tussen de ene of de andere foneem worden niet waargenomen (Japan: L&R) |
|
|
Term
Wat is de lexicale identificatieshift? |
|
Definition
Aan mensen wordt een serie woorden en non-woorden gepresenteerd (dash-tash). De ambigue fonemen werden met een hogere waarschijnlijkheid toegekend aan de categorie fonemen die tot een woord leiden. Een woord die ambigue is wordt geïnterpreteerd vanuit de context en daarmee bepaald of het een woord is of niet. |
|
|
Term
Wat is het fonemisch restoratie effect? |
|
Definition
In een studie werd een vast woord vervangen door een piepgeluid. De perceptie van dit weggevallen woord was afhankelijk van de rest van de zin. |
|
|
Term
Noem 3 theorieën over spraakperceptie |
|
Definition
Motortheorie TRACE model Cohort model |
|
|
Term
|
Definition
Een theorie over spraakperceptie, luisteraars proberen auditieve informatie zelf eerst in de gedachten in de spraakcortex te imiteren. Onmogelijkheden en non-woorden worden zelf er uitgefilterd. |
|
|
Term
|
Definition
Een theorie over spraakperceptie waarbij verwerking van spraak plaatsvindt op drie individuele niveaus die met elkaar samenwerken. Spraakproductie wordt herkend door bepaalde kenmerken van letters -> fonemen -> woorden. Kenmerkknopen zijn verbonden met foneemknopen en foneemknopen met woordknopen.
Bewijs: wat men verwacht te horen (woordniveau) heeft invloed op het kenmerkniveau. Verwachting dat een foneem voorkomt in een woord bevordert de perceptie van dat woord. |
|
|
Term
|
Definition
Initiële woorden worden geactiveerd als die conformeren aan de vroege delen van de geluidsequentie. Items die niet correleren in verdere contexten worden geëlimineerd tot er een punt van uniekheid is bereikt. |
|
|
Term
Wat is het punt van uniekheid (cohortmodel)? |
|
Definition
Het moment wanneer er nog één woord consistent is met het akoestisch signaal. N400 is het potentiaal van punt van uniekheid. |
|
|
Term
Wat is pure woorddoofheid? |
|
Definition
Een selectieve beperking in de fonemische verwerking. |
|
|
Term
Wat is het auditief input lexicon in het model van Ellis & Young? |
|
Definition
Een soort voorraad waar alle auditieve woorden herkend worden. |
|
|
Term
Wat is het speech output lexicon in het model van Ellis & Young? |
|
Definition
De informatie die nodig is om woorden uit te spreken. |
|
|
Term
In het model van Ellis & Young, wat is er aan de hand als men woordbetekenisdoofheid heeft? |
|
Definition
Route 2 is enkel intact, er is een probleem met niet bekende woorden. |
|
|
Term
In het model van Ellis & Young, wat is er aan de hand als men transcorticale sensorische afasie heeft? |
|
Definition
Route 3 is niet intact, slecht leesbegrip en vermindert auditief begrip. |
|
|
Term
In het model van Ellis & Young, wat is er aan de hand als men diepe dysfasie heeft? |
|
Definition
Alle routes zijn verstoord, semantische fouten en moeilijkheden met herhalen van abstracte woorden. |
|
|
Term
[image]
Welk model wordt hier getoond? |
|
Definition
Gestribueerde connectionistische model |
|
|
Term
[image]
Welk model wordt hier getoond? |
|
Definition
|
|
Term
[image]
Welk model wordt hier getoond? |
|
Definition
Het linguïstisch model van Ellis & Young |
|
|