Term
|
Definition
Psychologie is een wetenschap waarbij het gedrag bestudeerd wordt en waarbij die gedragevidentie gebruikt wordt om de interne processen te begrijpen die aan dat gedrag ten grondslag liggen |
|
|
Term
Wie is Hermann Ebbinghaus? |
|
Definition
1van de pioniers van de psychologie. Hij begon zijn grootste werk, Uber das Gedachtnis, met de woorden " Van het oudste onderwerp zullen wij de nieuwste wetenschap maken'' |
|
|
Term
|
Definition
Een Franse filosoof en wiskundige die als 1van de eerste het onafhankelijk denken van de Grieken opnieuw op de voorgrond plaatste |
|
|
Term
|
Definition
Is een filosofische doctrine dien stelt dat de Waarheid achterhaald kan worden door gebruik te maken van de rede. Om een mens te begrijpen moest men de mens niet observeren maar over hem nadenken |
|
|
Term
|
Definition
Van uit aangeboren kennis kon de rede de volledige waarheid afleiden |
|
|
Term
|
Definition
Volgens het empirisme komt de inhoud van de geest niet tot stand op basis van aangeboren ideeën maar via zintuiglijke ervaringen |
|
|
Term
|
Definition
Een schone lei waarmee ieder mens zou beginnen en waarop alle nieuwe ervaringen geschreven worden |
|
|
Term
|
Definition
Lock lanceerde de term "associaties van ideeën waarmee hij bedoelde dat hogere-ordekennis tot stand kwam door combinaties (associaties) van eenvoudigere ideeën. Als 2 dingen tegelijk ervaren worden, dan hebben ze veel kans om mentaal met elkaar geassocieerd te worden.
Dit idee werd verder uitgewerkt door Hume. Die stelde dat associaties tussen ideeën vooral bepaald werden door gelijkenis en het samen voorkomen in tijd of ruimte |
|
|
Term
|
Definition
Veel psychologen zijn geïnspireerd door de evolutietheorie van Darwin die in 1859 in gang gezet door de publicatie van The Origin of Species |
|
|
Term
|
Definition
In de mentale chronometrie probeert men te achterhalen hoeveel mentale processen er nodig zijn voor het uitvoeren van een taak en hoe moeilijk deze processen zijn. Dit doet men om te kijken naar de snelheid waarmee proefpersonen de taak uitvoeren |
|
|
Term
Wanneer was het startpunt van de moderne psychologie? |
|
Definition
In 1879 toen Wilhelm Wundt het eerste psychologische laboratorium oprichtte in Leipzig. Waarschijnlijk was hij de eerste persoon die zichzelf psycholoog noemde |
|
|
Term
|
Definition
Een alliantie tussen enerzijds de fysiologie die ons informeert over de levensfenomenen die we met onze zintuigen kunnen waarnemen, en anderzijds de psychologie waarbij de persoon naar zichzelf kijkt van binnenuit |
|
|
Term
|
Definition
Een stroming in de psychologie die op basis van introspectie de structuur van het bewustzijn probeerde te ontdekken |
|
|
Term
|
Definition
Duitse school als tegen reactie op het structuralisme. Volgens hen nemen de mensen de wereld waar in gehelen of gestalten. |
|
|
Term
Wie zijn oprichters van gestaltbeweging? |
|
Definition
Max Wertheimer, Wolfgang Köhler en Kurt Koffka |
|
|
Term
|
Definition
Vond zijn oorsprong on de VS. Ze waren minder geïnteresseerd in het precieze structuur van het bewustzijn zoals het structuralisme, maar wel in het nut van het bewustzijn. Grote invloeden op functionalisme: Darwin, pragmatisch denken, kennis stond ten dienste van de menselijke noden en moest praktisch zijn. Belangrijkste figuur is John Dewey |
|
|
Term
|
Definition
John Watson De wetenschap van het gedrag. Studie van de invloed van een stimulus ( de onafhankelijke variabel) op de reactie van de persoon of het dier (de afhankelijke variabel). Dit wordt dan ook vaak de S-R psychologie genoemd : een stimulus lokt een respons uit |
|
|
Term
|
Definition
Een beweging in de filosofie die ervan uitging dat de wetenschap de meest succesvolle manier gebleken was om de wereld te begrijpen en kennis te genereren |
|
|
Term
|
Definition
Theorieën moeten gebaseerd worden op directe observaties die door andere herhaald kunnen worden. Dit betekent dat men de concepten moest definiëren in termen van gebruikte meetprocessen |
|
|
Term
3 ideeën uit logische positivisme |
|
Definition
-Operationele definitie -Onderscheid maken tussen onafhankelijke en afhankelijke variabelen - een wetenschappelijke theorie bestond uit het beschrijven van de precieze relatie tussen de onafhankelijke en de afhankelijke variabelen, liefst in de vorm van een weg |
|
|
Term
|
Definition
Zeer radicale behaviorist, baanbrekend onderzoek over operante conditionering. Volgens hem waren mentale processen oninteressant omdat ze niet bestonden |
|
|
Term
|
Definition
Het bewustzijn en het gedrag waren slechts zeer oppervlakkige fenomenen en de ware oorsprong van het ontstaan van persoonlijkheidverschillen en mentale stoornissen lagen bij het onderbewuste krachten
Freud was de grondlegger |
|
|
Term
|
Definition
Geest in machine
Personificatie van het bewustzijn of een interne instantie die indrukken uit de buitenwereld interpreteert en integreert |
|
|
Term
|
Definition
De overtuiging dat men menselijk gedrag niet kon begrijpen en voorspellen zonder een beroep te doen op informatieverwerkende ( cognitieve) processen die zich afspelen in de hersenen |
|
|
Term
|
Definition
Stimelus lokt respons uit |
|
|
Term
|
Definition
Vroege en snelle neiging om een bewegend voorwerp te volgen |
|
|
Term
|
Definition
Het onderzoeksgebied dat het psychologische en neurobiologische onderzoek naar de cognitieve functies combineert |
|
|
Term
Welke 4 belangrijke dimensies onderscheidt hofstede waarop culturen verschillen |
|
Definition
Individualisme VS collectivisme Afstand op basis van macht Vermijden van onzekerheid Masculiniteit |
|
|
Term
Erfelijkheid-milieudebat Nature-nurturedebat |
|
Definition
Binnen dit debat probeert men te achterhalen hoeveel verschillen tussen mensen bepaald wordt door aangeboren, genetische karakteristieken en hoeveel bepaald wordt door de ervaringen die het individu opgedaan heeft in de omgeving waarin het opgegroeid is |
|
|
Term
|
Definition
Een samenhangend geheel van ideeën dat gebruikt wordt om een fenomeen te verklaren |
|
|
Term
|
Definition
Rond kijken wat al bekend is over de problematiek |
|
|
Term
Naturalistische observatie |
|
Definition
Een onderzoek techniek waarbij het gedrag systematisch geobserveerd wordt in een natuurlijke context |
|
|
Term
|
Definition
Gedragingen die gedeeltelijk een reactie is op de observator |
|
|
Term
|
Definition
Een reeks van vragen die de ondervraagden in hun eigen tempo beantwoorden, gewoonlijk zonder aanwezigheid van onderzoeker |
|
|
Term
|
Definition
De ondervrager heeft een vaste lijst van vragen die in een bepaalde volgorde aan bod komen |
|
|
Term
Ongestructureerd interview |
|
Definition
Hier liggen de vragen niet van tevoren vast' behalve misschien de eerste, maar wordt ingehaakt op naar de ondervraagde zegt |
|
|
Term
|
Definition
De neiging die mensen hebben om op vragen te reageren op een manier die maatschappelijk gewaardeerd wordt, waardoor ze in sociaal opzicht een gunstiger indruk maken |
|
|
Term
|
Definition
Een inventaris van de opinies bij een representatieve steekproef van de bevolking, op basis waarvan men conclusies trekt over de hele populatie |
|
|
Term
|
Definition
Dit zijn procedures voor het meten van vaardigheden of eigenschappen, die zorgvuldig en uitgebreid vooronderzoek onderworpen werden zodat de onderzoeker een duidelijk beeld heeft van de scores die verwacht kunnen worden, en voldoende waarborgen heeft dat de test op een betrouwbare manier de vaardigheid of eigenschap meet die men wil meten |
|
|
Term
|
Definition
Is een intensief, gedetailleerd onderzoek over 1 persoon of 1 gebeurtenis, in de hoop de principes te vinden die gelden voor het fenomeen in het algemeen |
|
|
Term
|
Definition
Is elk kenmerk dat kan veranderen en dat gemeten kan worden (in een getal uitgedrukt) |
|
|
Term
|
Definition
Een correlatie verwijst naar de mate waarin 2 variabelen met elkaar samenhangen, naar de mate waarin wijzigingen in de ene variabele gepaard gaan met wijzigingen in de andere variabele |
|
|
Term
|
Definition
Dit is een getal tussen de -1,00 en de + 1,00 dat de mate en de richting van het verband tussen de 2 variabelen uitgedrukt |
|
|
Term
|
Definition
Dit treedt op wanneer 2 variabelen in de zelfde variabelen in dezelfde richting variëren. Als de ene variabel toeneemt, zal de andere ook toenemen en v.v. |
|
|
Term
|
Definition
Is een correlatie tussen -0,01 en de -1,00 en die verkrijgt men wanneer de ene variabel toeneemt en de ander afneemt en v.v. |
|
|
Term
|
Definition
Bij experimenteel onderzoek grijpen onderzoekers actief in; zij manipuleren 1 of meer variabelen en kijken of dit effect heeft op andere variabelen. Hierbij is het essentieel dat alleen de geplande manipulatie een verschil teweegbrengt tussen de condities en dat al de rest constant blijft ( dit wordt gecontroleerd) Daarna gaat men na wat het effect van de manipulatie geweest op het gedrag waarvoor men zich interesseert |
|
|
Term
|
Definition
Een voorspelling op basis van een theorie die in een proef getoetst wordt |
|
|
Term
De onafhankelijke variabele |
|
Definition
Is de variabele die de onderzoeker manipuleert tijdens een experiment om het effect ervan op het gedrag te achterhalen |
|
|
Term
|
Definition
Is de variabele die een onderzoeker meet als het deel van het experiment. Deze variabele wordt zo genoemd, omdat hetgeen hij meet afhankelijk is van de afhankelijke variabele |
|
|
Term
|
Definition
Zijn de aspecten van een experiment die een onderzoeker constant wil houden |
|
|
Term
Operationaliseren van variabelen |
|
Definition
Het omzetten van afhankelijke en onafhankelijke variabelen in concrete en meetbare handelingen |
|
|
Term
|
Definition
Onderzoek heeft interne validiteit als de conclusies die getrokken worden over de oorsaak-gevolgrelaties tussen variabelen gerechtvaardigd zijn |
|
|
Term
|
Definition
Externe validiteit verwijst naar de veralgemeenbaarheid van de onderzoeksresultaten buiten de gebruikte onderzoekssetting. Binnen welk bereik van condities blijft de conclusie gelden |
|
|
Term
|
Definition
Onderzoekers proberen controle aan te brengen in een natuurlijke situatie en daarna bepaalde factoren te variëren om te zien hoe deze het gedrag beïnvloeden |
|
|