Term
Wat zijn enkelvoudige behoefte theorieën? |
|
Definition
Deze beperken zich tot één enkele behoefte |
|
|
Term
Wat zijn multi-behoefte theorieën? |
|
Definition
Deze identificeren meerdere behoeftes tegelijkertijd en doet soms uitspraken over onderlinge verhoudingen tussen de behoeftes (bijv. Maslow) |
|
|
Term
Wat houdt een positief zelfbeeld? |
|
Definition
Een positief zelfbeeld is belangrijk voor de ontwikkeling van kinderen. Het is meer de uitkomst van de behoeftebevrediging dan een behoefte op zich. |
|
|
Term
Wat is de voorwaardelijke (contigente) eigenwaarde? |
|
Definition
Als de eigenwaarde sterk afhankelijk is van een specifiek resultaat of verwachtingen |
|
|
Term
Wat is de zijdelingse benadering? |
|
Definition
Kinderen kunnen beter niet expliciet gericht zijn op verwerven van eigenwaarde. Zodra men op zoek gaat naar een positief zelfbeeld daalt de kans om dit te verwerven. |
|
|
Term
Wat is de behoeftepiramide van Maslow? |
|
Definition
- Gelijkenissen met ZDT maar ook aandacht voor fysiologische behoeftes en er is een hiërarchie. - Belangrijk is dat mensen zich pas kunnen richten op hogere orde behoeftes als een lagere orde behoeftes is voldaan - Het draagt enkel bij tot groei mits de lagere behoeftes ook bevredigd zijn |
|
|
Term
Wat zijn de behoeftes van de behoeftepiramide van Maslow? |
|
Definition
1. Fysiologische behoeftes 2. Fysieke veiligheid 3. Liefde (overlap met verbondenheid, maar nadruk op wederkerigheid) 4. Eigenwaarde (waardering voor zichzelf, maar ook hoe men die van buitenaf krijgt. Desire for strength en desire for reputation (voorwaardelijke eigenwaarde)) 5. Zelfactualisatie (Drijft ons te groeien tot wie we in optimale zin kunnen zijn) |
|
|
Term
Wat is tegengesteld aan Maslows theorie? |
|
Definition
- Fysieke veiligheid hangt een klein beetje negatief samen met het verlangen naar behoeftebevrediging. Dus, als mensen zich bedreigd voelen hebben ze meer nood aan behoeftebevrediging. - Het effect van sommige behoeftes is niet afhankelijk van de satisfactie van andere behoeftes |
|
|
Term
Wat is de link tussen fysiologische en psychologische behoeftes? |
|
Definition
- Verschuiving in slaappatroon hangt samen met een verschuiving in de behoeftebevrediging (2 routes) - Psychologische behoeftes kunnen ook effect hebben op fysiologische behoeftes (peuterautonmie en slaap) |
|
|
Term
Wat zijn de 2 routes tussen behoeftebevrediging en slaappatroon? |
|
Definition
- Energieroute: behoeftebevrediging levert energie en frustratie vreet energie - Emotionele route: bevrediging zorgt voor positief affect en frustratie voor stress.
Men ervaart pas een verminderde behoeftebevrediging als men 3 dagen slaapdeprivatie heeft gehad. Slaapkwaliteit is belangrijker dan kwantiteit. |
|
|
Term
Moeten de psychologische behoeftes worden uitgebreid? |
|
Definition
Eigenwaarde en zekerheid zijn meer producten van bevrediging/frustratie.
Vooral de behoeftes hadden een positieve correlatie met de affectbalans, luxe en matriële zaken hadden een negatief verband met de affectbalans. |
|
|
Term
Waartoe kan een toenemende behoeftefrustratie leiden? |
|
Definition
Afhankelijk van de intensiteit van de behoeftefrustratie en de afwezigheid van persoonlijke en sociale hulpbronnen: - Assimilatie - Accommodatie |
|
|
Term
|
Definition
Op zoek gaan naar behoefteherstel, hierbij komt de desbetreffende behoefte meer centraal te staan en is er meer aandacht voor de voldoening van die behoefte. We passen onze mening over de behoefte niet aam. |
|
|
Term
|
Definition
Resulteert in behoeftedevaluatie en het volgt vaak uit langdurige frustratie. De mening over het belang van de behoefte wordt aangepast. |
|
|
Term
Wat is behoeftedevaluatie? |
|
Definition
Pogingen om behoeftebevrediging te krijgen worden opgegeven |
|
|
Term
Wat voor een reactie roept behoeftefrustratie uit? |
|
Definition
Correctieve reactie, hierbij komen de gedwarsboomde behoeften centraal te staan. Vervolgens wordt ons verlangen (affectief), aandacht (cognitief) en onze reactie (reactief) gericht op die behoefte.
(Als mensen teveel focussen op het voldoen van een bepaalde behoeftebevrediging werkt dit vaak averechts, dit gebeurt door zelfselectie) |
|
|
Term
|
Definition
Mensen focussen meer op activiteiten die de behoeftes meer zullen voeden. Voor een maximale bevrediging moet men helemaal kunnen opgaan in een bepaalde activiteit of gesprek, als men echt constant bezig is met denken aan de frustratie, zal men niet opgaan en zal de frustratie aanwezig blijven. |
|
|
Term
|
Definition
Gevoeligheid voor behoeftes kan door dit proces verklaard worden. Individuen met hogere behoeftebevrediging hebben "scherpe voelsprieten" voor nieuwe opportuniteiten. Individuen met behoeftefrustratie hebben "afgestompte voelsprieten", men is extra gevoelig voor behoeftefrustrerende ervaringen |
|
|
Term
|
Definition
Een metatheorie is een geheel aan vaak filosofisch onderbouwde beweringen (populaten) die niet onmiddelijk empirisch toepasbaar zijn maar die worden aangenomen.
De ZDT is een metatheorie. |
|
|
Term
Waar gaat de ZDT van uit wat betreft de tabula rasa? |
|
Definition
Iedereen is geboren met een inherente neiging tot groei (de mens is geen tabula rasa) |
|
|
Term
Wat zijn de 4 assumpties van de ZDT? |
|
Definition
- De mens is een proactief organisme en geen passief recipiënt - De mens wordt gekenmerkt door een holistisch organistische groeitendens (zoals Piaget en Erikson). Het zelf is een stuwende kracht naar groei op 2 vlakken (intra-individueel en interindividueel) - Deze groei verloopt niet automatisch (het proces kan gevoed en ondermijnd worden door de omgeving) - De mens is kwetsbaar en de sociale omgeving kan dit uitlokken (de mens heeft een donkere kant) |
|
|
Term
Wat is een proactief organisme? |
|
Definition
De mens kan initiatief nemen en op zijn omgeving inspelen. |
|
|
Term
Op welke 2 vlakken is het zelf een stuwende kracht naar groei volgens het ZDT? |
|
Definition
- Intra-individueel vlak (ontwikkeling naar autonomie, onze interesses en waarden kristalliseren geleidelijk (differentiatie) en worden op elkaar afgestemd (coherentie)) - Interindividueel vlak (ontwikkeling van homonomie,. We krijgen een vertakter en selectiever sociaal netwerk (differentiatie) waarin we meer onze plaats vinden (integratie/cohesie) |
|
|
Term
|
Definition
Met gelijkgezinden een groep vormen |
|
|
Term
|
Definition
De mens beschikt niet over een biologisch potentieel (essentie) die aan ons bestaan (existentie) vooraf gaat. De assumptie is dat er geen sprake is van een inherente groeitendens die vanaf conceptie aanwezig is, hij valt de ZDT dus eigenlijk aan. |
|
|