Term
Waar legt Freud de nadruk op in het eerste levensjaar? |
|
Definition
Hij legt vooral nadruk op het ID De orale fase: behoefte aan voeding en orale stimulatie is cruciaal |
|
|
Term
Waar legt Erikson de nadruk op in het eerste levensjaar? |
|
Definition
Hij legt vooral nadruk op de ontwikkeling van het Ego. Goed verloop van ontwikkeling hangt af van kwaliteit van zorg "basisvertrouwen vs wantrouwen": - cruciale rol van een beschikbare en sensitieve ouder |
|
|
Term
Waar legt Freud de nadruk op in het tweede levensjaar? |
|
Definition
de anale fase: driften gecentreerd rond ontlasting leren controle verwerven over impulsen |
|
|
Term
Waar legt Erikson de nadruk op in het tweede levensjaar? |
|
Definition
autonomie vs schaamte en twijfel: toilettraining is maar één aspect. ze hebben hun eigen wil: protestfase of koppigheidsfase |
|
|
Term
Wat is het belang van geluk? |
|
Definition
- een glimlach verbindt ouders en baby met elkaar - bevordert competentie eerste sociale glimlach: 6-10 weken |
|
|
Term
wat is het belang van woede en angst? |
|
Definition
woede: uitdrukking van protest, adaptief bij verkenning van de omgeving angst: vreemdenangst; scheidingsangst |
|
|
Term
|
Definition
angst ten opzichte van onbekende volwassenen |
|
|
Term
|
Definition
angst om door de verzorgingsfiguren verlaten te worden |
|
|
Term
|
Definition
kind baseert zich op emotionele reactie van vertrouwenspersoon om situatie te kunnen duiden en te kunnen beslissen hoe te reageren in onzekere situatie |
|
|
Term
|
Definition
emoties zoals schaamte, schuld, trots, jaloezie en verlegenheid komen naar voren midden 2de jaar tgv groeiend zelf-bewustzijn |
|
|
Term
|
Definition
de strategieën die we gebruiken om onze emotionele toestand tot een comfortabel niveau te brengen zodat we onze doelen kunnen bereiken |
|
|
Term
|
Definition
stabiele individuele verschillen in kwaliteit en intensiteit van - reactiviteit - zelfregulatie |
|
|
Term
Wat houdt de structuur van temperament in volgend Thomas and Chess (1977) |
|
Definition
activiteitsniveau ritmiciteit verstrooidheid toenadering/wegtrekken aanpassing aandacht en volharding intensiteit van reactie niveau van responsiviteit kwaliteit van affect |
|
|
Term
uit welke 3 dimensies bestaat het temperament volgens Thomas en Chess? |
|
Definition
- gemakkelijk: komt als baby snel tot regelmatige gewoonte is meestal opgewekt past zich gemakkelijk aan nieuwe ervaringen aan - moeilijk: is onregelmatig inzake dagelijkse gewoonten reageert negatied en intens past zich traag aan nieuwe ervaringen aan - "slow to warm up" is niet actief reageert matig en weinig intens op omgeving, negatieve stemming past zich traag aan nieuwe situaties aan - niet geclassificeerd: vertonen unieke combinatie van temperamentkenmerken |
|
|
Term
Op welke punten verschilt de classificatie van Rothbart van die van Thomas en Chess? |
|
Definition
- hij combineerde sommige dimensies - verwijderde te globale dimensies - voegde een nieuwe dimensie toe: irritatie |
|
|
Term
Wat is het "Goodness-of-fit" model (Thomas en Chess) |
|
Definition
is een model dat verklaart hoe temperament en omgeving samen tot gunstige resultaten kunnen leiden |
|
|
Term
|
Definition
de sterke, affectieve band die we hebben met bijzondere mensen in ons leven. Deze band zorgt voor: - plezier en vreugd - troost in tijden van stress |
|
|
Term
|
Definition
Algemeen: mensen worden geboren met een geheel van erfelijke geprogrammeerde strategieën die behulpzaam zijn voor het in stand houden van de soort Concreet: hechtingsgedragingen zorgen voor het opbouwen van een emotionele band van de baby met de verzorgingsfiguur |
|
|
Term
|
Definition
vertrouwde verzorger is punt van waaruit de omgeving verkend wordt en waar men naar kan terugkeren voor emotionele steun |
|
|
Term
Wat zijn de voorwaarden om een veilige hechtingsfiguur te worden? |
|
Definition
- nabijheid/beschikbaarheid - fysieke en emotionele veilige haven - veilige uitvalsbasis om te exploreren |
|
|
Term
hoe wordt gehechtheid gemeten? |
|
Definition
met de Strange situation (tussen 1 en 2 jaar) |
|
|
Term
Welke 4 stijlen van hechting zijn er? |
|
Definition
- veilige gehechtheid: ouder = veilige haven separatie: even van slag hereniging: actief contact zoeken, huilen vermindert snel omdat ze vlot getroost worden en spelen erna verder - vermijdende gehechtheid niet-responsief t.o.v. ouder separatie: geen zichtbare (maar wel fysiologische meetbare) distress, zelfde reactie op vreemde als op ouder hereniging: vermijden van de ouder, traag in begroeten, ondergaan het opgepakt worden - angstig-ambivalent gehecht zoeken nabijheid ouder, weinig exploratie separatie: huilen en eisen de moeder op hereniging: woede en verzet, soms duwen en slaan van de ouder - gedesorganiseerd/ gedesoriënteerde gehechtheid vertonen grootste onveiligheid hereniging: hele reeks verwarde en tegenstrijdige gedragingn: vb blik afwenden, vlakke, depressieve, emotie, bevroren houdingen |
|
|
Term
|
Definition
snel, consistent en op de juiste manier omgaan met baby's en ze zacht en vol zorg vasthouden |
|
|
Term
|
Definition
een nauwkeurig afgestemde "emotionele dans" waarbij de verzorgen reageert op signale van het kind op een goed getimede, ritmische en gepaste manier. De 2 partijen zijn emotioneel op elkaar afgestemd. |
|
|
Term
Waardoor komt een kind aan een vermijdende hechting? |
|
Definition
overstimulerende of intrusieve opvoeding vermijden is daaraan ontsnappen |
|
|
Term
Waardoor komt een kind aan een angstig-ambivalente hechting? |
|
Definition
gebrek aan betrokkenheid op het juiste ogenblik inconsistente opvoeding: niet reageren op signalen, maar exploratie onderbroken geen objectpermanentie van de verzorgingsfiguren baby is sterk afhankelijk en kwaad |
|
|
Term
Waardoor komt een kind aan een gedisorganiseerd/gedesoriënteerde hechting? |
|
Definition
vaak mishandeling vaak depressieve moeders |
|
|
Term
|
Definition
ik-zelf: gevoel van zichzelf als handelende instantie; afgescheiden van de omgeving mij-zelf: gevoel van zichzelf als object van kennis en evaluatie; kwaliteiten die het zelf uniek maken |
|
|
Term
|
Definition
vermogen om weerstand te bieden aan impulsen tot sociaal niet aanvaard gedrag en aan negatieve emoties |
|
|
Term
Wat houdt de structuur van temperament in volgend Thomas and Chess (1977) |
|
Definition
activiteitsniveau ritmiciteit verstrooidheid toenadering/wegtrekken aanpassing aandacht en volharding intensiteit van reactie niveau van responsiviteit kwaliteit van affect |
|
|
Term
uit welke 3 dimensies bestaat het temperament volgens Thomas en Chess? |
|
Definition
- gemakkelijk: komt als baby snel tot regelmatige gewoonte is meestal opgewekt past zich gemakkelijk aan nieuwe ervaringen aan - moeilijk: is onregelmatig inzake dagelijkse gewoonten reageert negatied en intens past zich traag aan nieuwe ervaringen aan - "slow to warm up" is niet actief reageert matig en weinig intens op omgeving, negatieve stemming past zich traag aan nieuwe situaties aan - niet geclassificeerd: vertonen unieke combinatie van temperamentkenmerken |
|
|
Term
Op welke punten verschilt de classificatie van Rothbart van die van Thomas en Chess? |
|
Definition
- hij combineerde sommige dimensies - verwijderde te globale dimensies - voegde een nieuwe dimensie toe: irritatie |
|
|
Term
Wat is het "Goodness-of-fit" model (Thomas en Chess) |
|
Definition
is een model dat verklaart hoe temperament en omgeving samen tot gunstige resultaten kunnen leiden |
|
|
Term
|
Definition
de sterke, affectieve band die we hebben met bijzondere mensen in ons leven. Deze band zorgt voor: - plezier en vreugd - troost in tijden van stress |
|
|
Term
|
Definition
Algemeen: mensen worden geboren met een geheel van erfelijke geprogrammeerde strategieën die behulpzaam zijn voor het in stand houden van de soort Concreet: hechtingsgedragingen zorgen voor het opbouwen van een emotionele band van de baby met de verzorgingsfiguur |
|
|
Term
|
Definition
vertrouwde verzorger is punt van waaruit de omgeving verkend wordt en waar men naar kan terugkeren voor emotionele steun |
|
|
Term
Wat zijn de voorwaarden om een veilige hechtingsfiguur te worden? |
|
Definition
- nabijheid/beschikbaarheid - fysieke en emotionele veilige haven - veilige uitvalsbasis om te exploreren |
|
|
Term
hoe wordt gehechtheid gemeten? |
|
Definition
met de Strange situation (tussen 1 en 2 jaar) |
|
|
Term
Welke 4 stijlen van hechting zijn er? |
|
Definition
- veilige gehechtheid: ouder = veilige haven separatie: even van slag hereniging: actief contact zoeken, huilen vermindert snel omdat ze vlot getroost worden en spelen erna verder - vermijdende gehechtheid niet-responsief t.o.v. ouder separatie: geen zichtbare (maar wel fysiologische meetbare) distress, zelfde reactie op vreemde als op ouder hereniging: vermijden van de ouder, traag in begroeten, ondergaan het opgepakt worden - angstig-ambivalent gehecht zoeken nabijheid ouder, weinig exploratie separatie: huilen en eisen de moeder op hereniging: woede en verzet, soms duwen en slaan van de ouder - gedesorganiseerd/ gedesoriënteerde gehechtheid vertonen grootste onveiligheid hereniging: hele reeks verwarde en tegenstrijdige gedragingn: vb blik afwenden, vlakke, depressieve, emotie, bevroren houdingen |
|
|
Term
|
Definition
snel, consistent en op de juiste manier omgaan met baby's en ze zacht en vol zorg vasthouden |
|
|
Term
|
Definition
een nauwkeurig afgestemde "emotionele dans" waarbij de verzorgen reageert op signale van het kind op een goed getimede, ritmische en gepaste manier. De 2 partijen zijn emotioneel op elkaar afgestemd. |
|
|
Term
Waardoor komt een kind aan een vermijdende hechting? |
|
Definition
overstimulerende of intrusieve opvoeding vermijden is daaraan ontsnappen |
|
|
Term
Waardoor komt een kind aan een angstig-ambivalente hechting? |
|
Definition
gebrek aan betrokkenheid op het juiste ogenblik inconsistente opvoeding: niet reageren op signalen, maar exploratie onderbroken geen objectpermanentie van de verzorgingsfiguren baby is sterk afhankelijk en kwaad |
|
|
Term
Waardoor komt een kind aan een gedisorganiseerd/gedesoriënteerde hechting? |
|
Definition
vaak mishandeling vaak depressieve moeders |
|
|
Term
|
Definition
ik-zelf: gevoel van zichzelf als handelende instantie; afgescheiden van de omgeving mij-zelf: gevoel van zichzelf als object van kennis en evaluatie; kwaliteiten die het zelf uniek maken |
|
|
Term
|
Definition
vermogen om weerstand te bieden aan impulsen tot sociaal niet aanvaard gedrag en aan negatieve emoties |
|
|