Term
Verschillende bedrijfstakken binnen de groente sector (5) |
|
Definition
Teeltbedrijfen, groot- en tussenhandel, detailhandel, groente en fruit verwerkende industrie & groentebewerkingsbedrijven. |
|
|
Term
Tuinbouwkundige indeling groente en fruit |
|
Definition
Fruit: (schijn) vruchten, aan meerjarige houtige gewassen. Groenten: delen kruidachtige gewassen, rauw of gekookt. |
|
|
Term
Technologische indeling groente en fruit |
|
Definition
Vruchtensap:pH <4,2. Goentesap: pH >4,2. |
|
|
Term
Culinaire indeling groente en fruit |
|
Definition
Fruit: vers, als desserproduct of vruchtensap. Groente: rauw (salade) of gekookt, deel van het hoofdgerecht. |
|
|
Term
Botanische indeling groente en fruit |
|
Definition
Fruit: vruchtbeginsel van bloem. Groente: allen delen van de plant dat geen zaden of vruchten zijn. |
|
|
Term
Warenwettelijke indeling groente en fruit |
|
Definition
Fruit: verse, gezonde onaangetaste vruchten, waaruit geen wezenlijke bestanddelen zijn verwijderd. Groente: eetwaargebruikelijke delen van een plant. |
|
|
Term
|
Definition
Wortel- ,bol- en knolgewassen, bladgroenten, koolgroenten, vruchtgroenten, stengelgroenten & peulgewassen. |
|
|
Term
|
Definition
Hard fruit: appels en peren. Zacht fruit:- houtig klein fruit (kersen, pruimen, frambozen en bramen) - aardbeien. Citrusvruchten. |
|
|
Term
Plantencel structuur bestaat uit |
|
Definition
Celwand (bevat pectine, dit zit in de middenlamel), celmembraan, vacuole, chloroplast (chlorofyl) |
|
|
Term
|
Definition
|
|
Term
In de celkern bevindt zich |
|
Definition
Cytoplasma, chloroplast (bevat chlorofyl, caretenoīden) en vacuole. |
|
|
Term
Planten pigmenten (5 kleuren) |
|
Definition
Chlorofyl (chlorofyl a: helder blauwgroen en b: geelgroen), carotenoīden (geel, oranje, rood) , anthocyanen (rood, blauw), anthoxanthinen (lichtgeel) & betainen (rood en geel). |
|
|
Term
Vetoplosbare planten pigmenten |
|
Definition
Carotenoīden (geel, oranje, rood) en chlorofyl (groen). |
|
|
Term
Wateroplosbare planten pigmenten |
|
Definition
|
|
Term
|
Definition
Zorgt voor de foto-synthese. Chlorofyl a (blauw-groen) en b (geelgroen). |
|
|
Term
Chlorofyl is gevoelig voor |
|
Definition
Gevoelig voor zuur (Mg2+ uitwisseling met H+), hitte (afbraak eiwitten in chloroplast) en chlorophyllase (afsplitsing phytol) |
|
|
Term
|
Definition
Heeft bij sommige soorten provitamine A-werking. |
|
|
Term
Carotenoīden zijn gevoelig voor |
|
Definition
Oxidatie: bescherming nodig tegen licht, metalen, oxidanten, zuurstof en enzym (lipoxygenase). Verhitting: afbraak eiwitten in chromoplast en lycopeen cis->trans) |
|
|
Term
Polyfenolen zijn van belang voor kwaliteit en verwerking van levensmiddelen vanwege: |
|
Definition
Kleur, vermogen tot bruinkleuring, smaakprecursor, complexvormer met eiwitten en anti-oxidatieve werking. |
|
|
Term
Een aantal polyfenolen zijn |
|
Definition
Hydroxykaneelzuren, flavonoīden, tanninen |
|
|
Term
|
Definition
− Ontwikkeling zaad − Veranderingen ademhalingsactiviteit − Veranderingen ethyleenproductie − Zachter worden: door verandering pectine − De permeabiliteit van het celmembraan verandert − Veranderingen koolhydraat-, eiwit- en organische zurensamenstelling − Productie van smaak en aromastoffen − Waslaag op de schil (sommige gevallen) − Kleurveranderingen (groen→geel→rood) − Gewichtstoename (rijping aan de boom) |
|
|
Term
Vier fysiologische stadia |
|
Definition
1. Groei 2. Volledige ontwikkeling 3. Rijping 4. Veroudering |
|
|
Term
Verschil in rijping fruit |
|
Definition
Climaterisch fruit en niet-climaterisch fruit |
|
|
Term
|
Definition
− Vertoont piek in de ademhaling, maximale CO2 productie − Stijging van ethyleenproductie (C2H2) − Vermindering van de groene kleur − Zachter worden textuur |
|
|
Term
|
Definition
− Continue daling van ademhaling in de na-oogst periode − Geen verdere rijping, alleen nog veroudering |
|
|
Term
Opslag en houdbaarheid groente en fruit verlengen door |
|
Definition
Afremming levensprocessen, met name ademhaling en ethyleenproductie |
|
|
Term
Afremmen van levensprocessen van plant door |
|
Definition
Koelen (T <15), verlaging O2, verhoging CO2 |
|
|
Term
Kwaliteitsverlies tijdens bewaren |
|
Definition
− Vochtverlies − Voortgaande rijping − Hernieuwde groei − Enzymatische veranderingen − Afleving − Lage temperatuurbederf − Kleurveranderingen − Microbieel bederf − Uiteindelijk rotting van product |
|
|
Term
Verschil controlled athmosphere (CA) en modified athmosphere (MA) |
|
Definition
CA is in bewaarhal, constante regeling. MA is in verpakking, 1 malig ingesteld hierna verandert de samenstelling door ademhaling plant. |
|
|
Term
Aardappelproductie per jaar |
|
Definition
|
|
Term
Verwerking aardappelen/producten (volgorde) |
|
Definition
30% verwerkingsindustrie, 30% zetmeelindustrie, 20% pootaardappelen →oogst van volgend jaar, 12,5% export en 7,5% consumptie. |
|
|
Term
Wat is het geslacht van de aardappel? |
|
Definition
Nachtschaden> Solanum toberosum L. |
|
|
Term
Is de aardappel een eenjarige plant of meerjarige plant? |
|
Definition
|
|
Term
Waarom is het groene deel van een aardappel giftig? |
|
Definition
Het groene (chlorofyl) is niet giftig. De vorming van solanine in de aardappel is giftig, dit gebeurt bij/tijdens de fotosynthese. |
|
|
Term
Wanneer worden aardappels geplant, bloeien ze en worden ze gerooid? |
|
Definition
April: planten. Zomer: bloei. Einde van de zomer: rooien en opslag bij 7-10°C . |
|
|
Term
Samenstelling van aardappel is afhankelijk van |
|
Definition
Rijpheid, ras en groeiomstandigheden. |
|
|
Term
Samenstelling van aardappel |
|
Definition
18-25% droge stof. Glucose, fructose en veel zetmeel. |
|
|
Term
Waar is het meestel zetmeel aanwezig in de knol? |
|
Definition
Vaatbundelring, buitenste merg en schors. |
|
|
Term
Gehalte aan reducerende suikers wordt beīnvloed door |
|
Definition
Ras, bemesting, rijpheid, bewaartemperatuur, bewaarduur en fysiologische ouderdom. |
|
|
Term
Gehalte aan reducerende suikers wordt bepaald door |
|
Definition
Een monster te frituren en te vergelijken met een kleurenkaart. |
|
|
Term
|
Definition
1. aanvoer aardappels 2. wassen 3. stoomschillen 4. wassen en borstelen 5. snijden 6. sorteren 7. blancheren 8. drogen 9. voorbakken 10. koelen 11. verpakken 12. consumeren |
|
|
Term
Doel blancheren van friet |
|
Definition
Inactiveren enzymen, uitlogen reducerende suikers voor uniforme kleur en gaar worden door verstijfseling van zetmeel |
|
|
Term
Twee mogelijkheden blancheren |
|
Definition
Kort-hoog: inactivatie enzyemen. Lang-laag: uitwassen reducerende suikers. |
|
|
Term
|
Definition
Verlagen Aw, afname gewicht en volume, voorkomen bederf olie, teveel vetopname voorkomen |
|
|
Term
|
Definition
1. aanvoer aardappels 2. wassen 3. mechanisch schillen 4. wassen en borstellen 5. snijden 6 wassen 7. drogen 8. bakken 9. melangeren 10. verpakken 11. transporteren 12. consumeren |
|
|
Term
|
Definition
Mengsel van verschillende soorten zetmeel en water wordt geperst en door een matijs heen geduwd onder hoge druk. Vervolgens wordt de druk weggelaten en expandeert product en krijgt het zijn lichte vorm. (nibbits) |
|
|
Term
Productie van aardappel poeder (puree) (12) |
|
Definition
1. aanvoer aardappels 2. wassen 3. stoomschillen 4. snijden 5. voorkoken 6. koelen 7. koken 8 pureren 9. drogen 10. breken 11. verpakken 12. consumeren. |
|
|
Term
Hydroxykaneelzuren kan je onderverdelen in |
|
Definition
Chlorogeenzuur, kaneelzuur, p-coumarinezuur |
|
|
Term
Invloed van hydroxykaneelzuren op levensmiddelen |
|
Definition
Substraat voor PPO, binden met metaalionen, precursor voor aromastoffen |
|
|
Term
Flavonoīden functies (2) en belangrijke bronnen |
|
Definition
Functies: bescherming tegen UV-licht, insecten, remmen van enzymen in plant. Belangrijke bronnen: thee, uien, appels en rode wijn. |
|
|
Term
|
Definition
Complex met eiwitten, wrange smaak, bruinkleuring, enzyminactivering en vorming van onoplosbare deeltjes (troebel) |
|
|
Term
Verloop van enzymatische bruinkleuring |
|
Definition
Beschadiging cel> weefsel en celstructuur stuk> enzymwerking, substraat +O2> 1e reactie is enzymatisch>vorming melaninen (onoplosbare bruinpigmenten. |
|
|
Term
Factoren die bruinkleuring beīnvloeden |
|
Definition
• aanwezigheid zuurstof • PPO-activiteit • hoeveelheid substraat • hoeveelheid ascorbinezuur • pH (ca 6) • temperatuur • Aw |
|
|
Term
Remming bruinkleuring door |
|
Definition
• pH-verlaging • blancheren • chelaatvormer toevoegen • suiker toevoegen (aw en zuurstof) • toevoegen ascorbinezuur • toevoegen sulfiet • zouten • koelen |
|
|
Term
Verschillende voorbehandelingen (6) |
|
Definition
1. reiniging 2. schillen 3. sorteren 4. ontstelen 5. ontpitten 6. verkleinen |
|
|
Term
|
Definition
1. hittebehandeling 2. drogen 3. invriezen 4. fermenteren |
|
|
Term
Drie soorten van fermentatie |
|
Definition
Alcoholische fermentatie, melkzuurfermentatie en azijnzuurfermentatie |
|
|