Shared Flashcard Set

Details

Filosofie
Lecture 4
14
Psychology
Advanced
11/15/2016

Additional Psychology Flashcards

 


 

Cards

Term
Correspondentietheorie van Wittgenstein I
Definition
waarheid en betekenis. Kan je de waarheid van een zin niet achterhalen door naar de werkelijkheid te kijken, dan is de zin betekenisloos
Term
Waar kan je uitspraken over doen als je de correspondentietheorie van Wittengenstein I aan houd?
Definition
Over de waarneembare werkelijkheid: alledaagse / banale uitspraken & de empirische wetenschappen.
Term
Logisch positivisten hebben 5 uitgangspunten
Definition
1. Verwerping zinloze beweringen
2. Logica
3. Positivisme
4. Geünificeerde wetenschap
5. Verifieerbaarheid (later confirmeerbaarheid) als demarcatiecriterium.
Term
Protocolzinnen van Neurath
Definition
Uitspraken die de werkelijkheid direct beschrijven. dit kun je door logica verbinden met elkaar.
Term
Deductief-nomologisch model
Definition
1.Premisse 1: Algemene uitspraak = nomologische uitspraak
2. Premisse 2: beginuitspraak
3. Conclusie of voorspelling
Term
Voorbeeld van deductief nomologisch model
Definition
Premisse 1: Alle zwanen zijn wit (Alle A zijn B) (geldt ook als je wit vervangt door groen)
P2: Dit is een zwaan (A is het geval)
Conclusie of voorspelling: Deze zwaan is wit (B volgt logisch)
Term
Context of discovery
Definition
Hoe ontdek je een algemene wet
Term
Context of justification
Definition
Hoe rechtvaardig je een algemene
Term
Demarcatiecriterium
Definition
criterium dat het één van het ander scheidt.
Term
Empirische verifieerbaarheid
Definition
Een bewering is verifieerbaar als je kan aangeven wat de condities zijn waaronder je vast kan stellen dat de bewering waar is, dat wil zeggen de feiten beschrijft zoals de feiten zijn
Term
Astrologie
Definition
wetenschap van de samenhang tussen constellaties aan de hemel en voorvallen op aarde en persoonlijkheidskenmerken.
Term
Confirmeerbaarheid
Definition
in wetenschappelijke uitspraken te bevestigen zijn
Term
inductie probleem bij DN model
Definition
Het D-N model heeft een nomologische uitspraak nodig om te verklaren. Hoe kom je daar dan aan? (Blijkbaar niet door inductie). “Oplossing” het opstellen van algemeenheden gebeurt op basis van psychologische en sociologische voorkeuren
Term
Theoriegeladenheid van de waarneming
Definition
Theorie #1: “Dit is een eend”
Theorie # 2: “Dit is een konijn”
Hoe stel je nu vast welke theorie correct is volgens de empiristen? Door te kijken: maar nu kan je dat niet vaststellen (bepalen). Dit heet de onderbepaaldheid van de theorieën
Supporting users have an ad free experience!