Shared Flashcard Set

Details

Dutch verb for fly
in various tenses
49
Language - Dutch
12th Grade
08/07/2008

Additional Language - Dutch Flashcards

 


 

Cards

Term
ik vlieg
Definition
I fly(indicative present)
Term
jij vliegt
Definition
you(singular) fly(indicative present)
Term
hij vliegt
Definition
he flies(indicative present)
Term
wij vliegen
Definition
we fly(indicative present)
Term
jullie vliegen
Definition
you(plural) fly(indicative present)
Term
zij vliegen
Definition
they fly(indicative present)
Term
ik vloog
Definition
I flew(indicative past)
Term
jij vloog
Definition
you(singular) flew(indicative past)
Term
hij vloog
Definition
he flew(indicative past)
Term
wij vlogen
Definition
we flew(indicative past)
Term
jullie vlogen
Definition
you(plural) flew(indicative past)
Term
zij vlogen
Definition
they flew(indicative past)
Term
ik heb gevlogen
Definition
I have flown(indicative present perfect)
Term
jij hebt gevlogen
Definition
you(singular) have flown(indicative present perfect)
Term
hij heeft gevlogen
Definition
he has flown(indicative present perfect)
Term
wij hebben gevlogen
Definition
we have flown(indicative present perfect)
Term
jullie hebben gevlogen
Definition
you(plural) have flown(indicative present perfect)
Term
zij hebben gevlogen
Definition
they have flown(indicative present perfect)
Term
ik had gevlogen
Definition
I had flown(indicative past perfect)
Term
jij had gevlogen
Definition
you(singular) had flown(indicative past perfect)
Term
hij had gevlogen
Definition
he had flown(indicative past perfect)
Term
wij hadden gevlogen
Definition
we had flown(indicative past perfect)
Term
jullie hadden gevlogen
Definition
you(plural) had flown(indicative past perfect)
Term
zij hadden gevlogen
Definition
they had flown(indicative past perfect)
Term
ik zal vliegen
Definition
I will fly(indicative future)
Term
jij zult vliegen
Definition
you(singular) will fly(indicative future)
Term
hij zal vliegen
Definition
he will fly(indicative future)
Term
wij zullen vliegen
Definition
we will fly(indicative future)
Term
jullie zullen vliegen
Definition
you(plural) will fly(indicative future)
Term
zij zullen vliegen
Definition
they will fly(indicative future)
Term
ik zou vliegen
Definition
I would fly(conditional future)
Term
jij zou vliegen
Definition
you(singular) would fly(conditional future)
Term
hij zou vliegen
Definition
he would fly(conditional future)
Term
wij zouden vliegen
Definition
we would fly(conditional future)
Term
jullie zouden vliegen
Definition
you(plural) would fly(conditional future)
Term
zij zouden vliegen
Definition
they would fly(conditional future)
Term
ik zal gevlogen hebben
Definition
I will have flown(future perfect)
Term
jij zult gevlogen hebben
Definition
you(singular) will have flown(future perfect)
Term
hij zal gevlogen hebben
Definition
he will have flown(future perfect)
Term
wij zullen gevlogen hebben
Definition
we will have flown(future perfect)
Term
jullie zullen gevlogen hebben
Definition
you(plural) will have flown(future perfect)
Term
zij zullen gevlogen hebben
Definition
they will have flown(future perfect)
Term
ik zou gevlogen hebben
Definition
I would have flown(conditional future perfect)
Term
jij zou gevlogen hebben
Definition
you(singular) would have flown(conditional future perfect)
Term
hij zou gevlogen hebben
Definition
he would have flown(conditional future perfect)
Term
wij zouden gevlogen hebben
Definition
we would have flown(conditional future perfect)
Term
jullie zouden gevlogen hebben
Definition
you(plural) would have flown(conditional future perfect)
Term
zij zouden gevlogen hebben
Definition
they would have flown(conditional future perfect)
Term
vlieg
Definition
fly(imperative)
Supporting users have an ad free experience!